De aangekondigde sluiting van 5 Bijenkorf filialen heeft de discussie over de ontwikkeling van de retail in Nederland flink aangewakkerd. De Bijenkorf heeft besloten voor het topsegment te gaan en wil alle bezoekers graag dezelfde bijzondere retail experience bieden. Veel shops in de shop, mooie merken, leuke winkel, veel informatie en zeker ook heerlijk koffie drinken of lunchen in de verschillende restaurants. De omzetontwikkeling in de hoofdvestiging in Amsterdam heeft het laatste duwtje in de rug gegeven. Sinds de opening van een aantal luxe winkels op de begane grond en merken corners op de verschillende verdiepingen én het verbouwen van het restaurant gedeelte, is de omzet significant meer gestegen dan in de andere filialen. Het bedrijf heeft goed begrepen dat er voor middelmaat en meer van hetzelfde in de toekomst geen kansen meer zijn. Voor simpele huis- tuin en keukenspullen kun je immers net zo goed online of bij goedkope formules terecht. De ontwikkeling toont eens te meer aan dat winkeliers en dus ook opticiens, zeker in de grotere steden, keuzes moeten maken. Er is ruimte voor een beperkt aantal topwinkels mits die zich daadwerkelijk onderscheiden met innovatieve concepten, bijzondere collecties en een unieke winkelervaring. Gelukkig is er ook in de optiek een ontwikkeling zichtbaar waarbij opticiens keuzes maken en zich meer en meer onderscheiden met minder collecties waarvan zij altijd een mooi aanbod in huis hebben. Die collecties worden bovendien verleidelijk gepresenteerd in duidelijke shops-in-the-shop. In combinatie met een al even onderscheidende oogmeting met behulp van de nieuwste apparatuur, een goed gebruik van moderne communicatiemiddelen en, heel belangrijk, goed geïnformeerde, gemotiveerde en optimaal getrainde (verkoop)medewerkers, is er dan nog veel te winnen.
Sluiting Bijenkorf filialen gesprek van de dag
Previous post: Inspiring use of digital media
Next post: Dutch department store closes some branches